Transcriptie
Een 5/1-profiel is een eigenaardig ding. Ik blijf het maar uitleggen aan mensen die een ander profiel hebben, maar zonder resultaat.
Ze begrijpen het gewoon niet. En dat is oké.
En zo is het namelijk met veel dingen in Human Design. Als je het niet zelf ervaart, omdat jouw configuratie anders is, dan is het quasi onmogelijk om echt te begrijpen hoe dat dan precies zit bij de ander. We kijken immers steeds naar elkaar door onze eigen, unieke filter.
Het mooie aan differentiëren is natuurlijk dat je begrijpt dat iedereen uniek is. En dat je het dus niet hoeft uit te leggen aan de ander. Er valt immers niets te verantwoorden of uit te leggen. We hoeven het simpelweg te leven en ervan te leren houden. En zo leren we ook houden van de uniekheid van de ander, zonder het te moeten begrijpen.
Niettemin lijkt het me leuk om eens te schrijven over mijn 5/1-profiel. Ik weet dat velen dit profiel hebben (iets meer dan 14% van de wereldbevolking) en dat het een enorme uitdaging kan zijn. Het heeft mij in elk geval veel leed bezorgd in het verleden, omdat ik het niet begreep en mijn Strategie en Autoriteit niet volgde. De verhalen die ik erover kan vertellen vullen een heel boek.
—
De Onderzoeker
Ik vind het makkelijker om de 1-lijn in mijn profiel te omarmen, compleet met de bijhorende on(zelf)zekerheid, ondanks dat deze lijn zich in mijn onbewuste Design bevindt. Het onbewuste Design is eigenlijk niet “onbewust” maar vormbewustzijn. Het is wel vaak “onbewust” voor onze bewuste Persoonlijkheid, voor wie we denken dat we denken dat we zijn.
Je lichaam wilt wat of beweegt van nature ergens naartoe, maar het kan jaren duren eer je je daar enigszins bewust van wordt en je je daaraan kan overgeven. Jouw bewuste Persoonlijkheid denkt namelijk dat het stopt bij wie je denkt (dat je denkt) dat je bent, maar er is een hele wereld aan vormbewustzijn, lichaamsbewustzijn dus, dat ook meedoet en deel is van ons wezen.
Als ik terugkijk op mijn leven, dan ging ik vooral als 4-lijn door het leven, lijkt het wel. Alles draaide rond relaties en vriendschappen en op een goed blaadje staan bij mensen en een soort gelijkgestemdheid of harmonie te vinden. Ik had enerzijds heel wat sociale angst als kind en jongvolwassene, maar anderzijds wou ik er zo graag bij horen en deel zijn van een groep gelijkgestemde mensen. Ik droomde van close, eeuwige vriendschappen. En ik paste me zo goed mogelijk aan om “geliefd” te zijn.
Dat leidde natuurlijk tot voortdurend uitgeput raken maar ook in rare situaties terechtkomen waarin ik schijnbaar geen enkele invloed had, maar eerder als de underdog (toen nog niet zo populair als nu) of het zwarte schaap eindigde. Er was iets aan me wat altijd op een of andere manier op een bepaald moment leek binnen te komen bij de ander, ook al bedoelde ik het niet zo. Ik kon er niets aan doen. Het gebeurde gewoon. Vooral omdat ik mijn Strategie en Autoriteit niet volgde natuurlijk en in mijn enthousiasme allerlei dingen die ik waarnam ging delen met de ander en daardoor brandde ik er wel vaker mijn vingers aan.
Ik dacht namelijk dat door die dingen te delen, mensen mij dankbaar zouden zijn. Dat ik daardoor een hoger aanzien zou krijgen binnen een groep of vriendschap. Dat ik hen op die manier hielp. Maar de realiteit was dat de meeste mensen helemaal niet wilden horen wat ik te zeggen had of er zelfs aanstoot aan namen, of zich betrapt voelden omdat ik iets zag (of hoorde) wat niet uitdrukkelijk werd getoond (of gezegd). Ongewild leek ik van nature te provoceren en dingen op te schudden (mijn Incarnatiekruis is dan ook het “Cross of Upheaval”), daar waar mensen liever de boel mooi afgedekt of lekker in de comfortzone wilden houden. Maar voor mij klopte het vaak van geen kanten.
En toch bleef ik jarenlang hevig netwerken in de hoop zo toch een stabiele, vaste kring mensen om mij heen te verzamelen waarmee ik lief en leed zou kunnen delen. Ik wilde zo graag geaccepteerd en gezien en gehoord worden. (Diep vanbinnen wist ik wel dat dit eerder kwam doordat ik bepaalde dingen had gemist als kind, dat zich dan uitspeelde in het najagen van die onmogelijke droom door het “buiten mezelf” te gaan zoeken.)
Maar hé, die 1-lijn, het duurde toch wel even voor ik dat bij mezelf kon zien. En toch, van nature was ik altijd onderzoekend, was ik heel graag voorbereid, voelde ik die fundamentele onzekerheid en had ik aparte interesses of was ik bezig met bepaalde dingen waar anderen niet bij stil stonden. Ik dook heel diep in de dingen, veel dieper dan anderen vaak aangenaam, nodig of wenselijk vonden. Ik was soms ook zelfs een tikkeltje (heel veel) obsessief, wilde alles over iets weten, en stelde voortdurend “waarom-“vragen zoals een klein kind dat voor het eerst de wereld ontdekt. Ik wilde het gewoon heel graag begrijpen allemaal, zodat ik er op een of andere manier ook grip op kon krijgen, het praktisch en tastbaar kon maken. En ik voelde dat ik informatie nodig had om me zekerder te voelen. Wanneer ik niet voldoende informatie kon verkrijgen, dan werd ik daar ontzettend onzeker van, wat vaak erg destabiliserend was voor mijn mentaal en emotioneel welzijn.
Nu ben ik mijn Uranus Oppositie voorbij en lijkt het wel of de 1-lijn in mijn profiel altijd de lijn is waarop ik terugval. Daar spendeer ik de meeste tijd: in mijn 1-lijn grot, altijd iets aan het onderzoeken, studeren, uitvogelen, begrijpen, leren, lezen, etc. Uren en uren per dag. Zeven dagen per week. Gewoon als een soort standaard, een basislijn waarop mijn lichaam zich thuis voelt. Het kost me dan ook niet echt energie.
Zelfs als ik lees, lees ik vooral non-fictie. Als ik televisie kijk, kijk ik vooral documentaires. Een film of serie moet diepgang en leerrijke inhoud hebben, zoals het kunnen observeren van menselijke gedrag, het begrijpen van de aard van het leven of het mysterie dat we het leven of het universum noemen. Dat soort “content” ervaar ik als heel erg ontspannend, terwijl het voor veel anderen net erg vermoeiend en inspannend klinkt. Ook al mag het soms ook wel eens “licht en luchtig” zijn (ik hou ook wel van goede humor), maar niet te vaak, te lang, of te veel. Meestal raak ik heel snel verveeld als iets aan de oppervlakte blijft — dat vind ik pas vermoeiend!
—
De Ketter
De 5-lijn in mijn profiel bleef heel lang voor mij een mysterie, ook al bevindt deze lijn zich in mijn bewuste Persoonlijkheid. Ik had dus een soort omgekeerde ervaring, waarin ik me sneller bewust werd van mijn “onbewuste” 1-lijn, dan van hoe die bewuste 5-lijn werkt. Dat komt omdat de 5-lijn gepaard gaat met heel wat trauma-gebeurtenissen uit mijn leven, waardoor ik in een soort van ontkenning zat. Van zodra mijn 5-lijn geraakt werd door mijn bewustzijn, gingen er allerlei overlevingsmechanismen en copingstrategieën aan om dat weer zo snel mogelijk af te dekken. Heel veel opgehoopte en weggedrukte emoties dus. Ik kon er dan ook een hele tijd moeilijk bij (wat ook een weerslag had op de gezondheid en de puurheid van mijn Solar Plexus-Hart definitie), tot ik ermee aan de slag ging. En dat was een proces van vele jaren, alsook jarenlang af en aan in therapie (ik heb echt van alles uitgeprobeerd).
Het kostte mij dus ook heel wat jaren om stilletjes aan toe te laten wat meer te gaan begrijpen waar dit om draaide en die pijn, die gepaard gaat met deze lijn, te voelen. Als je van in het begin van je leven al het gevoel hebt dat je hard je best moet doen om een “goed mens” te zijn opdat mensen van je zouden houden, om het leven te verdienen, dan wil je immers geen Ketter zijn. “Ketter” voelt eerder als het onveilige omgekeerde van wat ik wilde zijn, omdat dat mijn overleving als kind in het gedrang zou brengen. Dus ik paste me zo goed mogelijk aan, maar natuurlijk komt die ware natuur te pas en te onpas boven drijven.
Voor mij zit het verschil ‘m vooral in het volgen van mijn Strategie en Autoriteit. Ik besef dat ik de Ketter niet uit mijn natuur kan wissen, op geen enkele manier, en dus heb ik geleerd dat deel van mezelf te accepteren. Nu begin ik er stilaan ook van te houden. Door mijn Strategie en Autoriteit steeds meer te volgen, merkte ik dat ik meer vertrouwen begon te krijgen in hoe ik van nature door het leven bewoog, omdat het me veel meer opbracht dan het vasthouden aan die overlevingsmechanismen.
Het heeft wel iets, die Ketter-kant van mij. Maar het merendeel van mijn leven heb ik het daar erg moeilijk mee gehad, omdat het mede niet sociaal wenselijk was dat die Ketter af en toe naar boven kwam, zeker niet toen ik nog op school zat, en ik als de dood was om op die manier gezien te worden door anderen, want met die consequenties dacht ik niet te kunnen leven. En dus probeerde ik die kant van mezelf te onderdrukken of te doen alsof dat geen deel van mij was. Ik leefde dus alsof ik iemand anders was.
Uiteraard hield ik dat niet vol, en dan kwam die kant van mij naar boven op de meest ongepaste momenten, wanneer de spanning de pan uit swingt en ik het gewoon niet meer kon houden. Mijn lijf ging er aan onderdoor. Mentaal en emotioneel zette ik mezelf ontzettend onder druk. Vreselijke toestanden maakte ik dan mee. Als ik die verhalen zou vertellen, dan geloof je het allicht niet. Maar de meeste Ketters kunnen allicht verhalen vertellen die zo thuis zouden kunnen horen in een of andere soapserie of telenovelle.
Wat ik er vooral van onthield was dat mijn Ketter-kant erg onvoorspelbaar was. Ik had het zelf niet in de gaten wanneer anderen plots “een probleem” zagen en waarom ze mij daarvoor dan als zondebok aanduidden, ook al deed ik er alles aan om me aan te proberen passen en anderen te plezieren. En dan opeens merk je dat het gebeurt en dan kan een situatie in een fractie van een seconde helemaal escaleren en werd de grond van onder mijn voeten weggeslagen. Althans, zo voelde het. Het gebeurde gewoon en ik moest het maar ondergaan.
Vaak dacht ik dan dat ik in een film zat of zo, want wat er gebeurde was soms echt te bizar voor woorden. De bokkensprongen van mensen om me heen die ik heb aanschouwd. Het kwam vaak als een schok waar ik dagen-, weken-, of soms maandenlang van moest recupereren. Het duurde vaak erg lang voor ik begreep wat er was gebeurd en hoe ik dat een plaats kon geven. Het sloeg dan ook vaak diepe wonden en het haalde heel wat wantrouwen voor de ander in mezelf naar boven. Toen wist ik nog niets af van Human Design-mechanica en dacht ik dus dat er iets grondig “mis” met mij was, of iets “mis” met de ander. Het gaf me ook steeds weer een enorme knauw in mijn zelfvertrouwen.
Het is dan ook nog niet zo lang geleden dat ik eindelijk de “voordelen” begon in te zien van die 5-lijn rol. Mijn verlangen om deel uit te maken van een groep is intussen zo goed als verdwenen door het deconditioneren en in de voorbije 10 jaar heb ik dan ook enorm veel werk verzet in het doorwerken van traumatische gebeurtenissen uit het verleden. Nu zie ik de Ketter als een heuse kracht — doch, het blijft wel een enorme uitdaging, want pijn in het leven is natuurlijk niet te vermijden. Maar daarom hoeft het nog geen lijdensweg te zijn.
—
De Ketter-Onderzoeker
Als ik beide lijnen samenbreng, dan zie ik hoe mijn lichaam me steeds weer in die onderzoekende rol trekt, wanneer er geen uitnodiging komt van de buitenwereld die een “redder van de dag” nodig heeft. Daar spendeer ik de meeste tijd, in mijn eigen aura. Ik onderzoek, ik leer, ik studeer, ik graaf en ga tot op de bodem, etc.
Zo breng ik dagelijks heel wat tijd door op mijn kamertje, mijn knusse kantoor op de eerste verdieping, waar ik studiemateriaal om me heen verzamel, online en offline, waar ik makkelijk toegang heb tot het internet en wat ook echt mijn ruimte is, met mijn spulletjes en de wereld van informatie, voor mij toegankelijk met een enkele muisklik.
Ra Uru Hu maakte de vergelijking altijd met de kelder onder de grond bij een 1-lijn: een plek waar je aan het fundament werkt (en het fundament van een huis ligt dan ook onder het huis) en waar niemand jou kan zien, zodat je niet wordt gestoord. Als ik in mijn 1-lijn zone zit, dan lijkt het ook alsof de wereld om me heen ophoudt te bestaan. Althans, ik word niet graag gestoord als ik aan het onderzoeken en leren ben. Mijn man heeft dat ondertussen al ondervonden 😆 Ik verlaat ook niet graag die plek als ik niet eerst voldoende informatie heb kunnen vergaren en verwerken, als ik me niet voldoende voorbereid voel.
Die kantoor-plek op de eerste verdieping zou je wel kunnen zien als een typische 5-lijn plek, waar ik geduldig zit te wachten op een uitnodiging van de buitenwereld. Het licht is aan in de kamer, maar er hangt een gordijn, zodat je alleen glimpen van mijn silhouette kan opvangen. Maar je kan me niet echt zien. Je ziet mijn silhouette, niet wie ik echt ben. En dus gaat jouw verbeelding wild staan van de projecties die je over me hebt en daar heb ik dan mee te dealen.
Als 1-lijn werk ik aan een stevig en solide fundament waarbinnen ik een uiterlijke Autoriteit kan zijn voor de ander. Wat ik deel is het resultaat van heel veel onderzoek en studie, verzamelen, ordenen, verwerken en begrijpen van informatie. Mensen gaan me dan zien als een go-to persoon binnen een bepaald werkveld of vakgebied of kennislichaam. Maar het delen zelf gebeurt via de uitnodiging die mijn 5-lijn ontvangt. Daarin word ik uitgedaagd om mijn innerlijke Autoriteit te volgen zodat ik uit al die projecties die naar me toekomen, de correcte projecties kan kiezen waardoor ik wat ik heb geleerd kan universaliseren op een manier dat ook door anderen (de correcte mensen) praktisch kan worden begrepen en toegepast. En zo draag ik mijn uniek stukje bij aan deze wereld. Zo draag ik bij aan het perfectioneren van ons menselijk bestaan en onze collectieve evolutie.
Als 5-lijn ben ik niet hier om invloed uit te oefenen via een netwerk, maar om grotere groepen mensen te beïnvloeden, niet als een gevolg van het uitbouwen van vriendschappen en relaties die leiden tot nieuwe opportuniteiten, zoals bij de 4-lijn, maar door de dingen praktisch en toepasbaar te maken voor een grotere groep “vreemden,” zou je kunnen zeggen. Zoals de generaal die even praktisch komt vertellen hoe we het met z’n allen kunnen aanpakken, zodat de oorlog alsnog gewonnen kan worden, gaf Ra als voorbeeld.
Maar wie kent de generaal? Niemand kent ‘m echt. Hij wordt ingeroepen, doet z’n werk, en trekt zich dan weer terug. Een mysterieus persoon waar allerlei wilde verhalen over worden verteld, zodat we decennia of zelfs eeuwen later nog van zijn heldendaden horen. Van zodra ik immers té familiair word met mensen, verlies ik net mijn invloed, het mysterie dat om me heen is gehuld en wordt het gordijn bruusk opzij getrokken. Mensen gaan dan door hun eigen projecties beginnen heen te prikken en raken veelal teleurgesteld door wat ze vervolgens in mij zien.
Ik denk hierbij aan een imposante schaduw die je ziet op de muur, maar als je je omdraait, zie je gewoon dat iemand zijn handen voor een lamp houdt, haha. Je had je vast ingebeeld dat daar een leeuw stond of zo.
Dat legt dus heel veel verantwoordelijkheid bij de 5-lijn, om doorheen dat projectieveld te kunnen navigeren en die projecties eruit te pikken waaraan ze ook écht kunnen voldoen, waarbij ze ook écht kunnen helpen of de dag kunnen redden. Kies je de verkeerde projectie, dan heeft dat heuse consequenties voor je reputatie. En een reputatie gaat een heel eind!
Ik ben geen leeuw. Maar ik ben meer dan die twee handen voor het licht.
Welke projectie is correct? Welke verwachtingen kan ik vervullen?
Dat kom ik te weten door het volgen van mijn Strategie en Autoriteit, door te vertrouwen op mijn vormbewustzijn, want daar ligt het antwoord, dat is de wijsheid van mijn lichaam dat weet wat correct voor me is om op aan te haken.
Dit klinkt best heavy, niet?
Ik ken geen enkele 5-lijn die zijn of haar vingers al niet meermaals zwaar heeft verbrand. Het beeld dat mensen over ons hebben kan opeens heel erg omslaan als we ook te lang op eenzelfde plek blijven. Dus het is niet alleen correct navigeren doorheen dat projectiveld, maar ook weten wanneer het tijd is om je terug te trekken.
Zoals met die generaal, die zou allicht veel respect verliezen als hij blijft plakken om eens goed door te zakken in het café nadat de veldslag is gewonnen. In het begin is dat even leuk, maar dat blijft niet zo. Want dat is niet wat men van een generaal verwacht. Men wil de mens in de generaal niet kennen. Men wil net dat de generaal doet wat ie belooft, want het gaat om leven en dood. Het gaat om crisissen die moeten worden opgelost en rampen die moeten worden afgewend. Men verwacht een daadkrachtige, wijze leider, geen kwetsbare menselijke gelijke. Er moet wederzijds vertrouwen zijn in elkaars rol en er moet worden opgeleverd wat is beloofd. Anders zijn we allemaal verloren.
Ik heb dus in mijn leven moeten leren om:
- veel meer geduld te oefenen en heel secuur te studeren, me te verdiepen en voor te bereiden, vooraleer te delen met de wereld, omdat het fundament écht solide moet zijn en waarvoor mensen me (h)erkennen en uitnodigen ook moet kloppen met wat ik te delen heb, waarin ik een uiterlijke Autoriteit kan zijn. Timing is dus heel belangrijk ook.
- heel goed mijn Strategie en Autoriteit te volgen om goed te kunnen navigeren doorheen die voortdurende projecties van anderen over wie ik ben en hoe ik kan helpen. De meeste projecties zijn niet bruikbaar, kloppend of zelfs gewoon onrealistisch, en dan is het essentieel om niet “ja” te gaan zeggen alleen maar omdat ik uitgenodigd word, maar te blijven wachten tot iets echt correct voor me is, zodat ik ook echt kan leveren wat ik beloof.
- heel goed weten wanneer het tijd is om me terug te trekken. Door mijn innerlijke Autoriteit te volgen weet ik wanneer ik op het punt sta te lang te blijven en daardoor mijn kracht en invloed verlies. Door me terug te trekken houd ik mijn reputatie in stand en maak ik me beschikbaar om opnieuw uitgenodigd te kunnen worden in de toekomst, en zo ook te kunnen blijven bijdragen.
Uitdaging, hoor 😅
—
Eenzaam
In het begin vond ik dat ontzettend moeilijk, want mijn geest was ervan overtuigd dat ik een heel eenzaam bestaan zou hebben. Ik begreep niet waarom er steeds een verloop van mensen was in mijn leven. Vriendschappen waar ik heel veel belang en waarde aan hechtte werden plots stopgezet, vaak zonder dat ik de reden kende. Het voelde vaak alsof mensen niet geïnteresseerd waren om een duurzame relatie met me te onderhouden en ik geloofde heel lang dat ik om een of andere duistere reden liefde niet verdiende.
Maar na enkele jaren experimenteren en me meer bewust te worden van mijn profiel en hoe ik me van nature doorheen het leven bewoog, merkte ik dat er heel veel schoonheid in dit profiel schuilt en dat, ondanks dat ik met de meeste mensen een “in-en-uit” relatie onderhoud, die relaties — hoe kort ze soms ook duren — wel heel diep kunnen gaan en oprechte intimiteit bevatten. Ik leerde dat het niet persoonlijk was, maar puur mechanisch, en dus kon ik steeds meer genieten van de relatie met anderen voor zo lang of zo kort die duurde. Onder het mom: kwaliteit boven kwantiteit.
Ik merk ook dat ik zelfs van het loslaat-proces begin te houden en de dingen die ik als kind heb gemist nu veel beter aan mezelf kan geven, waardoor ik een nieuw soort kernstabiliteit in mijn leven ervaar, omdat ik veel meer kan ontspannen in wie ik ben en wat het leven me brengt. Het vertrouwen in mezelf en in die innerlijke leiding is dan ook heel erg gegroeid in de voorbije jaren.
De onzekerheid die ik vaak voel als 1-lijn zie ik nu als een wijze leraar die ik verwelkom. Het hoeft geen “probleem” te zijn. Integendeel, ik zie het nu eerder als waardevol deel van mijn eigen natuur, al heb ik soms wel mijn momentjes van zelftwijfel en vervloek ik soms het leven eventjes (wanneer mijn geest het weer even wil overnemen en vergeet dat het slechts de passagier is en niet de bestuurder van mijn leven) — naja, ik ben ook maar mens.
Maar die onzekerheid, samen met de nervositeit van mijn emotionele Autoriteit helpen me enorm om te weten wat correcte timing is voor ik de wereld in stap, om te weten wie en wat correct voor me is binnen dat verwarrende projectieveld dat altijd aanwezig is. En dat is goud waard in mijn ervaring.
En zo zijn er nog vele aspecten van mijn profiel, waardoor ik nog lang kan doorgaan.
Maar laat ik hier al even mee beginnen. De rest is voor een andere keer 🙂
—
Vond je dit waardevol?
Doneer via Stripe ⊹ Doneer via Paypal
0 reacties